Mediteren (meditar) - Conjugación de verbos y ejercicios Compartir ¡Copiado!

Conjugación de mediteren (meditar) para todos los tiempos verbales con frases de ejemplo y ejercicios.

Materiales de aprendizaje que implementan este verbo:

Nivel: A1

Módulo 4: Objecten en mensen beschrijven (Describir objetos y personas.)

Lección 29: Fysieke toestanden en sensaties (Estado físico y sensaciones.)

Infinitief	Voltooid deelwoord
Mediteren (Meditar)	Gemediteerd (Meditado)

Tiempos verbales

Aantonende wijs

Neerlandés	Español
(ik) mediteer	yo medito
(jij) mediteert	tú meditas
(hij/zij/het) mediteert	él medita/ella medita/ello medita
(wij) mediteren	nosotros meditamos
(jullie) mediteren	vosotros meditáis
(zij) mediteren	ellos meditan

Neerlandés	Español
(ik) heb gemediteerd	yo he meditado
(jij) hebt gemediteerd	tú has meditado
(hij/zij/het) heeft gemediteerd	él/ella/ello ha meditado
(wij) hebben gemediteerd	nosotros hemos meditado
(jullie) hebben gemediteerd	vosotros habéis meditado
(zij) hebben gemediteerd	ellos/ellas han meditado

Neerlandés	Español
(ik) heb gemediteerd	yo he meditado
(jij) hebt gemediteerd	tú has meditado
(hij/zij/het) heeft gemediteerd	él/ella/eso ha meditado
(wij) hebben gemediteerd	nosotros hemos meditado
(jullie) hebben gemediteerd	vosotros habéis meditado
(zij) hebben gemediteerd	ellos han meditado

Neerlandés	Español
(ik) zal gemediteerd hebben	yo meditaré
(jij) zult gemediteerd hebben / zal gemediteerd hebben	tú habrás meditado
(hij/zij/het) zal gemediteerd hebben	él/ella/ello habrá meditado
(wij) zullen gemediteerd hebben	nosotros habremos meditado
(jullie) zullen gemediteerd hebben	vosotros habréis meditado
(zij) zullen gemediteerd hebben	ellos habrán meditado

Neerlandés	Español
(ik) zal gemediteerd hebben	yo habré meditado
(jij) zult gemediteerd hebben	tú habrás meditado
(hij/zij/het) zal gemediteerd hebben	él/ella/ello habrá meditado
(wij) zullen gemediteerd hebben	nosotros habremos meditado
(jullie) zullen gemediteerd hebben	vosotros habréis meditado
(zij) zullen gemediteerd hebben	ellos habrán meditado

Conditionele wijs

Neerlandés	Español
(ik) zou gemediteerd hebben	yo habría meditado
(jij) zou gemediteerd hebben	tú habrías meditado
(hij/zij/het) zou gemediteerd hebben	él/ella/ello habría meditado
(wij) zouden gemediteerd hebben	nosotros habríamos meditado
(jullie) zouden gemediteerd hebben	vosotros habríais meditado
(zij) zouden gemediteerd hebben	ellos meditarían

Imperatief (gebiedende wijs)

Neerlandés	Español
Mediteer!	¡Medita!