Stoppen (parar) - Conjugación de verbos y ejercicios

Conjugación de stoppen (parar) para todos los tiempos verbales con frases de ejemplo y ejercicios.

 Stoppen (parar) - Conjugación de verbos y ejercicios

Materiales de aprendizaje que implementan este verbo:

Nivel: A1

Módulo 6: De stad en het dorp (La ciudad y el pueblo)

Lección 43: Routebeschrijving vragen en geven (Pedir y dar direcciones.)

Infinitief Voltooid deelwoord
Stoppen (parar) Gestopt (Parado)

Tiempos verbales

Aantonende wijs

Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT) 

Neerlandés Español
(ik) stop yo paro
(jij) stopt/stop tú paras
(hij/zij/het) stopt él/ella/eso para
(wij) stoppen nosotros paramos
(jullie) stoppen vosotros paráis
(zij) stoppen ellas paran

Onvoltooid verleden tijd (OVT) 

Neerlandés Español
(ik) stopte yo paré
(jij) stopte tú paraste
(hij/zij/het) stopte él/ella/eso paró
(wij) stopten nosotros paramos
(jullie) stopten vosotros parasteis
(zij) stopten ellas pararon

Voltooid tegenwoordige tijd (VTT) 

Neerlandés Español
ik ben gestopt yo he parado
jij bent gestopt / ben jij gestopt tú has parado / ¿has parado tú?
(hij/zij/het) hij is gestopt él ha parado
wij zijn gestopt nosotros hemos parado
jullie zijn gestopt vosotros habéis parado
zij zijn gestopt ellos han parado

Voltooid verleden tijd (VVT) 

Neerlandés Español
(ik) ben gestopt yo he parado
(jij) bent gestopt / bent gestopt? tú has parado / has parado
(hij/zij/het) is gestopt él/ella/ello ha parado
(wij) zijn gestopt nosotros hemos parado
(jullie) zijn gestopt vosotros habéis parado
(zij) zijn gestopt ellos pararon

Onvoltooid toekomende tijd (OTTk) 

Neerlandés Español
(ik) zal stoppen / zal zijn gestopt yo parar / habré parado
(jij) zal stoppen / zal zijn gestopt tú pararás / habrás parado
(hij/zij/het) zal stoppen / zal zijn gestopt él/ella/eso parará / habrá parado
(wij) zullen stoppen / zullen zijn gestopt nosotros pararemos / habremos parado
(jullie) zullen stoppen / zullen zijn gestopt vosotros pararéis / habréis parado
(zij) zullen stoppen / zullen zijn gestopt ellos pararán / ellos habrán parado

Voltooid toekomende tijd (VTTk) 

Neerlandés Español
(ik) zal gestopt zijn yo habré parado
(jij) zal gestopt zijn / zul gestopt zijn tú habrás parado
(hij/zij/het) zal gestopt zijn él/ella/ello habrá parado
(wij) zullen gestopt zijn nosotros habremos parado
(jullie) zullen gestopt zijn vosotros habréis parado
(zij) zullen gestopt zijn ellos habrán parado
Conditionele wijs

Conditionele Tegenwoordige Tijd (CTT) 

Neerlandés Español
ik zou stoppen Yo pararía
jij zou stoppen tú pararías
hij/zij/het zou stoppen él/ella/eso pararía
wij zouden stoppen nosotros pararíamos
jullie zouden stoppen vosotros pararíais
zij zouden stoppen Ellos pararían

Conditionele Verleden Tijd (CVT) 

Neerlandés Español
ik zou gestopt zijn yo habría parado
jij zou gestopt zijn tú habrías parado
hij/zij/het zou gestopt zijn Él/ella/eso habría parado
wij zouden gestopt zijn nosotros habríamos parado
jullie zouden gestopt zijn vosotros habríais parado
zij zouden gestopt zijn Ellos habrían parado
Imperatief (gebiedende wijs)

Gebiedende wijs 

Neerlandés Español
Stop! ¡Para!