Betalen (pagar) - Conjugación de verbos y ejercicios

Conjugación de betalen (pagar) para todos los tiempos verbales con frases de ejemplo y ejercicios.

 Betalen (pagar) - Conjugación de verbos y ejercicios

Materiales de aprendizaje que implementan este verbo:

Nivel: A1

Módulo 3: Dag tot dag (Día a día)

Lección 19: Prijzen en geld (Precios y dinero)

Infinitief Voltooid deelwoord
Betalen (pagar) Betaald (Pagado)

Tiempos verbales

Aantonende wijs

Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT) 

Neerlandés Español
(ik) betaal yo pago
(jij) betaalt / betaal tú pagas/pago
(hij/zij/het) betaalt él/ella/eso paga
(wij) betalen nosotros pagamos
(jullie) betalen vosotros pagáis
(zij) betalen ellas pagan

Onvoltooid verleden tijd (OVT) 

Neerlandés Español
(ik) betaalde yo pagué
(jij) betaalde/betaaldet tú pagaste
(hij/zij/het) betaalde él/ella/ello pagó
(wij) betaalden nosotros pagamos
(jullie) betaalden vosotros pagasteis
(zij) betaalden ellos pagaron

Voltooid tegenwoordige tijd (VTT) 

Neerlandés Español
(ik) heb betaald yo he pagado
(jij) hebt betaald tú has pagado
(hij/zij/het) heeft betaald él/ella/ello ha pagado
(wij) hebben betaald nosotros hemos pagado
(jullie) hebben betaald vosotros habéis pagado
(zij) hebben betaald ellos han pagado

Voltooid verleden tijd (VVT) 

Neerlandés Español
(ik) heb betaald yo he pagado
(jij) hebt betaald tú has pagado
(hij/zij/het) heeft betaald él/ella/ello ha pagado
(wij) hebben betaald nosotros hemos pagado
(jullie) hebben betaald vosotros habéis pagado
(zij) hebben betaald ellos han pagado

Onvoltooid toekomende tijd (OTTk) 

Neerlandés Español
(ik) zal betalen yo pagaré
(jij) zult/betaalt tú pagarás
(hij/zij/het) zal betalen él/ella/ello pagará
(wij) zullen betalen nosotros pagaremos
(jullie) zullen betalen vosotros pagaréis
(zij) zullen betalen ellos pagarán

Voltooid toekomende tijd (VTTk) 

Neerlandés Español
(ik) zal betaald hebben yo habré pagado
(jij) zult/zal betaald hebben tú habrás pagado
(hij/zij/het) zal betaald hebben él/ella/eso habrá pagado
(wij) zullen betaald hebben nosotros habremos pagado
(jullie) zullen betaald hebben vosotros habréis pagado
(zij) zullen betaald hebben ellas habrán pagado
Conditionele wijs

Conditionele Tegenwoordige Tijd (CTT) 

Neerlandés Español
(ik) zou betalen yo pagaría
(jij) zou betalen tú pagarías
(hij/zij/het) zou betalen él/ella/ello pagaría
(wij) zouden betalen nosotros pagaríamos
(jullie) zouden betalen vosotros pagaríais
(zij) zouden betalen ellos pagarían

Conditionele Verleden Tijd (CVT) 

Neerlandés Español
(ik) zou betaald hebben yo habría pagado
(jij) zou betaald hebben tú habrías pagado
(hij/zij/het) zou betaald hebben él/ella/ello habría pagado
(wij) zouden betaald hebben nosotros habríamos pagado
(jullie) zouden betaald hebben vosotros habríais pagado
(zij) zouden betaald hebben ellos habrían pagado
Imperatief (gebiedende wijs)

Gebiedende wijs 

Neerlandés Español
Betaal! ¡Paga!