Observeren (observar) - Conjugación de verbos y ejercicios

Conjugación de observeren (observar) para todos los tiempos verbales con frases de ejemplo y ejercicios.

 Observeren (observar) - Conjugación de verbos y ejercicios

Materiales de aprendizaje que implementan este verbo:

Nivel: A2

Módulo 3: Weekendplannen (Planes para el fin de semana)

Lección 19: Op de camping (En el camping)

Infinitief Voltooid deelwoord
Observeren (observar) Geobserveerd (observado)

Tiempos verbales

Aantonende wijs

Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT) 

Neerlandés Español
(ik) observeer yo observo
(jij) observeert/observeer tú observas
(hij/zij/het) observeert él/ella/ello observa
(wij) observeren nosotros observamos
(jullie) observeren vosotros observáis
(zij) observeren ellas observan

Onvoltooid verleden tijd (OVT) 

Neerlandés Español
(ik) observeerde yo observaba
(jij) observeerde/observeerde tú observaste
(hij/zij/het) observeerde él/ella/eso observó
(wij) observeerden nosotros observamos
(jullie) observeerden vosotros observasteis
(zij) observeerden ellos observaron

Voltooid tegenwoordige tijd (VTT) 

Neerlandés Español
(ik) heb geobserveerd yo he observado
(jij) hebt geobserveerd / hebt geobserveerd tú has observado
(hij/zij/het) heeft geobserveerd él/ella/ello ha observado
(wij) hebben geobserveerd nosotros hemos observado
(jullie) hebben geobserveerd vosotros habéis observado
(zij) hebben geobserveerd ellos han observado

Voltooid verleden tijd (VVT) 

Neerlandés Español
(ik) heb geobserveerd yo he observado
(jij) hebt geobserveerd/geobserveerde tú has observado
(hij/zij/het) heeft geobserveerd él/ella/ello ha observado
(wij) hebben geobserveerd nosotros hemos observado
(jullie) hebben geobserveerd vosotros habéis observado
(zij) hebben geobserveerd ellos han observado

Onvoltooid toekomende tijd (OTTk) 

Neerlandés Español
ik zal observeren yo observaré
jij zult observeren / zal jij observeren tú observarás / observarás tú
(hij/zij/het) hij zal observeren / zij zal observeren / het zal observeren él observará / ella observará / ello observará
wij zullen observeren nosotros observaremos
jullie zullen observeren vosotros observaréis
zij zullen observeren ellos observarán

Voltooid toekomende tijd (VTTk) 

Neerlandés Español
(ik) zal hebben geobserveerd / zal geobserveerd hebben yo habré observado
(jij) zal hebben geobserveerd / zal geobserveerd hebben tú habrás observado
(hij/zij/het) zal hebben geobserveerd / zal geobserveerd hebben él/ella/ello habrá observado
(wij) zullen hebben geobserveerd / zullen geobserveerd hebben nosotros habremos observado
(jullie) zullen hebben geobserveerd / zullen geobserveerd hebben vosotros habréis observado
(zij) zullen hebben geobserveerd / zullen geobserveerd hebben ellos habrán observado
Conditionele wijs

Conditionele Tegenwoordige Tijd (CTT) 

Neerlandés Español
(ik) zou observeren Yo observaría
(jij) zou observeren tú observarías
(hij/zij/het) zou observeren él/ella/ello observaría
(wij) zouden observeren nosotros observaríamos
(jullie) zouden observeren vosotros observaríais
(zij) zouden observeren ellos observarían

Conditionele Verleden Tijd (CVT) 

Neerlandés Español
ik zou geobserveerd hebben yo habría observado
jij zou geobserveerd hebben / zou je geobserveerd hebben tú habrías observado / habrías observado
(hij/zij/het) hij zou geobserveerd hebben / zij zou geobserveerd hebben / het zou geobserveerd hebben él observaría / ella observaría / ello observaría
wij zouden geobserveerd hebben nosotros habríamos observado
jullie zouden geobserveerd hebben vosotros habríais observado
zij zouden geobserveerd hebben ellos habrían observado
Imperatief (gebiedende wijs)

Gebiedende wijs 

Neerlandés Español
Observeer! tú observar