Kijken (mirar) - Conjugación de verbos y ejercicios

Conjugación de kijken (mirar) para todos los tiempos verbales con frases de ejemplo y ejercicios.

 Kijken (mirar) - Conjugación de verbos y ejercicios

Materiales de aprendizaje que implementan este verbo:

Nivel: A1

Módulo 6: De stad en het dorp (La ciudad y el pueblo)

Lección 41: Hobby's beschrijven (Describir pasatiempos)

Infinitief Voltooid deelwoord
Kijken (mirar) Gekeken (Mirado)

Tiempos verbales

Aantonende wijs

Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT) 

Neerlandés Español
ik kijk yo miro
jij kijkt tú miras
hij/zij/het kijkt él/ella/ello mira
wij kijken nosotros miramos
jullie kijken vosotros miráis
zij kijken ellos/ellas miran

Onvoltooid verleden tijd (OVT) 

Neerlandés Español
ik keek yo miraba
jij keek tú mirabas
hij/zij/het keek Él/ella/ello miró
wij keken nosotros mirábamos
jullie keken vosotros mirabais
zij keken ellos miraron

Voltooid tegenwoordige tijd (VTT) 

Neerlandés Español
ik heb gekeken he mirado
jij hebt/heb gekeken tú has mirado
hij/zij/het heeft gekeken Él/ella/ello ha mirado
wij hebben gekeken nosotros hemos mirado
jullie hebben gekeken vosotros habéis mirado
zij hebben gekeken ellos han mirado

Voltooid verleden tijd (VVT) 

Neerlandés Español
ik heb gekeken he mirado
jij hebt gekeken tú has mirado
hij/zij/het heeft gekeken Él/ella/ello ha mirado
wij hebben gekeken nosotros hemos mirado
jullie hebben gekeken vosotros habéis mirado
zij hebben gekeken Ellos han mirado

Onvoltooid toekomende tijd (OTTk) 

Neerlandés Español
ik zal kijken Miraré
jij zult/zal kijken tú mirarás
hij/zij/het zal kijken Él/ella/eso mirará
wij zullen kijken nosotros miraremos
jullie zullen kijken vosotros miraréis
zij zullen kijken ellos/ellas mirarán

Voltooid toekomende tijd (VTTk) 

Neerlandés Español
ik zal hebben gekeken yo habré mirado
jij zult hebben gekeken tú habrás mirado
hij/zij/het zal hebben gekeken Él/ella/ello habrá mirado
wij zullen hebben gekeken nosotros habremos mirado
jullie zullen hebben gekeken vosotros habréis mirado
zij zullen hebben gekeken ellos habrán mirado
Conditionele wijs

Conditionele Tegenwoordige Tijd (CTT) 

Neerlandés Español
ik zou kijken yo miraría
jij zou kijken tú mirarías
hij/zij/het zou kijken Él/ella/ello miraría
wij zouden kijken nosotros miraríamos
jullie zouden kijken vosotros miraríais
zij zouden kijken ellos mirarían

Conditionele Verleden Tijd (CVT) 

Neerlandés Español
ik zou gekeken hebben yo habría mirado
jij zou gekeken hebben tú habrías mirado
hij/zij/het zou gekeken hebben Él/ella/ello habría mirado
wij zouden gekeken hebben nosotros habríamos mirado
jullie zouden gekeken hebben vosotros habríais mirado
zij zouden gekeken hebben ellos habrían mirado
Imperatief (gebiedende wijs)

Gebiedende wijs 

Neerlandés Español
Kijk! ¡Mira!